Bestaande koopwoningen waren in januari 21,1% duurder dan een jaar eerder. Dat blijkt uit cijfers van het CBS en het Kadaster. Volgens de rekenmeesters is dat de grootste prijsstijging sinds de start van de metingen in 1995.

Een gemiddelde koopwoning kostte in januari €434.886. Een jaar eerder was dat nog €357.458: een verschil van maar liefst €77.428.

De huizenprijzen zitten inmiddels al ruim acht jaar jaar in de lift. Sinds het dieptepunt in juni 2013 zijn ze met maar liefst 91% opgelopen: bijna een verdubbeling dus.

43% minder woningen verkocht

Het aantal verkochte woningen neemt wel al enige tijd af. In januari zijn 14.053 woningen van eigenaar gewisseld. Dat is bijna 43% minder dan vorig jaar.

De daling kan voor een groot deel worden toegeschreven aan het lagere aanbod van woningen. Daarnaast is de vraag naar woningen groot, mede door de lage rente. De hypotheekrente is sinds enkele weken overigens voorzichtig aan het oplopen.

Blaricum duurste gemeente, Pekela goedkoopste

Het CBS bracht ook in kaart wat in 2021 de goedkoopste en duurste gemeenten waren voor huizenkopers. In Blaricum moesten huizenkopers het diepst in de buidel tasten: een koopwoning kostte hier gemiddeld €1 miljoen. Ook in Bloemendaal moest gemiddeld een bedrag van zes cijfers worden neergeteld.

Volgens de onderzoekers is het voor het eerst dat de gemiddelde verkoopprijs in sommige gemeenten boven de €1 miljoen uitkomt.

In Pekela betaalden huizenkopers het minst: gemiddeld €200.000. Daarmee is een huis in Blaricum gemiddeld vijf keer zo duur als in Pekela.

Dit zijn de goedkoopste en duurste gemeenten op een rij.

Het verschil in de gemiddelde prijs tusen de duurste en de goedkoopste gemeenten is inmiddels opgelopen tot €867.000. Vorig jaar was dat nog €699.000.

Van de tien duurste gemeenten in 2021 lagen er maar liefst zeven in Noord-Holland. Van de goedkoopste gemeenten lagen er drie in Groningen en drie in Limburg.

Bron: CBS / Kadaster

In slechts twee gemeenten daalde de gemiddelde verkoopprijs

In bijna alle gemeenten zat de gemiddelde verkoopprijs in de lift.

Bij bijna 70 van de 352 gemeenten was sprake van een stijging van meer dan 20% ten opzichte van 2020. In slechts twee gemeenten lag de gemiddelde verkoopprijs lager dan een jaar eerder: het Zeeuwse Veere en het eiland Ameland.