Nieuwe maatregelen filmindustrie
Het Filmfonds heeft het Film Production Incentive geïntroduceerd om samenwerking met buitenlandse producties te stimuleren.
Het Filmfonds ziet dat er vanuit de internationale filmindustrie een toegenomen interesse is om in samenwerking met Nederland films te produceren. Een recent gelanceerd plan moet het makkelijker maken om met Nederlandse productiehuizen in zee te gaan.
Voor de particuliere belegger verandert er echter niet veel. Eind vorig jaar besloot het kabinet jaarlijkse 20 miljoen euro extra uit te trekken om de Nederlandse filmsector te stimuleren.
Het Filmfonds mag dit geld verdelen over filmprojecten en presenteerde afgelopen maand het Film Production Incentive, een zogeheten cash rebate-maatregel. Hierdoor kunnen speelfilms met een budget van 1 miljoen euro en documentaires met een budget van 250.000 euro in aanmerking komen om 30% van hun productiekosten terug te krijgen.
De eerste aanvraagronde, waarvoor 9,7 miljoen euro beschikbaar wordt gesteld, werd afgelopen donderdag afgerond. Er staan voor dit jaar nog drie rondes op de planning.
Interesse toegenomen
“De lancering van de regeling markeert internationaal een belangrijke stap voor Nederland,” zegt Doreen Boonekamp, directeur van het Filmfonds. “Met onze hoog gekwalificeerde professionals, een uitstekende infrastructuur, unieke locaties en nieuwe financieringsmogelijkheden heeft ons land de internationale industrie veel te bieden.”
Boonekamp zag na haar presentatie van het plan een toegenomen interesse om met Nederlandse producenten samen te werken en om in Nederland films op te nemen. Aan media-aandacht ook geen gebrek: wereldwijd spraken vooraanstaande mediabedrijven, als The Hollywood Reporter en US Nation Post, over het plan.
“De Nederlandse filmindustrie kan een belangrijke rol gaan spelen in de internationale film- en entertainmentsector,” aldus minister Jet Bussemaker van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.
Hobbels op de weg
Arnold Heslenfeld, producent bij Topkapi Films, is zeer te spreken over het Film Production Incentive. “Hier hebben we lang voor gestreden.” De filmproducent deed zelf een aanvraag van acht ton voor de productie van twee speelfilms. Wel ziet hij nog wat hobbels op de weg.
“De administratieve procedure om voor een teruggave in aanmerking te komen, is complex. Producenten moeten ruim driehonderd pagina’s aan documenten aanleveren. Dat geeft enorm veel werk, zeker voor de kleinere productiebedrijven.”
Daarnaast ziet Heslenfeld dezelfde obstakels die elke nieuwe regeling met zich meebrengt: dat de verkeerde personen er gebruik van maken en door de mazen der wet kruipen. “De toekomst zal dat uitwijzen.”
Geen vervanger van de film-cv
Vanuit de investeringskant is het niet per definitie aantrekkelijker geworden voor particuliere beleggers om te investeren in een film. “De cash rebate-maatregel is een gesloten systeem en zal zodoende niet sneller investeerders van buiten aantrekken,” zegt Iris Pander van Filmproducenten Nederland.
Heslenfeld bevestigt dit: “De regeling is zeker niet plaatsvervangend voor de oude film-cv of de huidige maatschapstructuur en is eigenlijk enkel interessant voor Nederlandse films die een groot publiek zullen trekken.” Voor de particuliere belegger wellicht een teleurstelling. Bepaalde tegemoetkomingen, waaronder een kostenaftrek op bijvoorbeeld inkomstenbelasting of een (extra) heffingskorting, waren niet ondenkbaar om particulieren te stimuleren bij het investeren in films.
Het idee van het Film Production Incentive is dat deze op termijn breder getrokken kan worden, om in meer sectoren internationale samenwerking te bevorderen. “Als het aanslaat en duidelijk wordt wat het opbrengt, dan kan ik me voorstellen dat er ook een stimulering komt voor de game-industrie of tv-producties,” aldus Pander.
Het Filmfonds laat in een reactie weten nog geen idee te hebben hoeveel aanvragen er zijn binnengekomen. Dit moet ‘in de loop van volgende week’ duidelijk worden.