Woningen in Amsterdam behoren tot de duurdere in Europa. Na Parijs, Londen en Milaan is Amsterdam de duurste Europese stad om te wonen. Dat is des te opvallender, omdat de gemiddelde woningprijzen in Nederland op het Europese gemiddelde liggen. Dat blijkt uit de studie Property index, overview of European residential markets van Deloitte.

In de index van Deloitte worden verschillende aspecten van de woningmarkt in 27 Europese landen in kaart gebracht. Gekeken is onder meer naar nieuwbouw, verkoopprijzen, huisvestingskosten en de betaalbaarheid van woningen. In veel opzichten presteert de Nederlandse woningmarkt gemiddeld in Europa. Zo strookt de prijs per vierkante meter, ongeveer 2.100 euro, met het Europese gemiddelde. In Italië, het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk zijn de woningprijzen hoger dan in Nederland, in Duitsland en België juist lager.

De gemiddelde huisvestingskosten liggen in Europa rond de 3.200 euro per burger per jaar. Dit komt neer op 5.800 euro per huishouden. Nederland scoort op dit punt lager dan de omringende landen. ‘De huisvestingskosten worden in Nederland gedrukt door de sociale huur’, zo verklaart Paul Meulenberg, partner real estate advisory bij Deloitte, deze uitkomst. Hongarije heeft de laagste kosten: ze liggen daar op nog geen 40 procent van het Europese gemiddelde. Denemarken, dat 70 procent boven het Europese gemiddelde scoort, is het duurste land.

In het onderzoek is ook gekeken naar de betaalbaarheid van woningen. Dit gebeurde door het brutosalaris te vergelijken met de gemiddelde prijs van een woning. Nederland eindigt ook hierbij in de middenmoot. Maar na correctie voor de hypotheekrenteaftrek belandt Nederland met België, Denemarken en Duitsland in het rijtje goedkoopste landen. ‘Wel moet worden gekeken naar de ontwikkeling van de woningprijzen als wordt besloten de hypotheekrenteaftrek af te schaffen’, tekent Meulenberg aan. ‘Te verwachten is dat (gedeeltelijke) afschaffing van de hypotheekrenteaftrek zal leiden tot een daling van de woningprijzen.’