In de Week van de Technische Analyse vandaag aandacht voor indicatoren. Wouter Slot neemt de 200-dagenlijn en de relatieve sterkte onder de loep.

De eerste indicator die ik hier bespreek, is de 200-dagenlijn. Deze lijn wordt samengesteld door iedere dag de gemiddelde koers van de afgelopen 200-dagen te berekenen. De volgende dag valt de oudste dag af, maar wordt de nieuwste stand aan de berekening van de 200-dagenlijn toegevoegd.

Daarom wordt vaak gesproken van het 200-daags voortschrijdende gemiddelde. Hoewel deze lijn niet gebruikt kan worden om precieze draaipunten in de markt te vinden, is die wel erg bruikbaar in de beoordeling van de langetermijnrichting van een trend.

Als de koers boven het 200-daags gemiddelde beweegt en het 200-daags gemiddelde is opwaarts gericht, dan spreken we van een opwaarts verloop. Het omgekeerde geldt uiteraard voor een dalende trend. Met de 200-dagenlijn kunnen we dus vooral de tendens en richting van de markt vinden.

Beweegt de koers om een vlakke 200-dagenlijn heen beweegt, dan is er sprake van een neutrale trend. In de praktijk blijkt vaak dat wanneer een aandeel in een stijgende trend beweegt, de 200-dagenlijn tijdens correcties voor steun kan zorgen.

In de praktijk

Als voorbeeld hieronder de grafiek van ING, waarbij in het afgelopen jaar te zien is dat de koers al meerdere keren op of rond de 200-dagenlijn (rode doorlopende lijn) is opgevangen. Tijdens de koersdaling van ING fungeerde deze lijn juist als een natuurlijke barrière.

Nogmaals, u kunt niet handelen op de kruisingen van de koers met de 200-dagenlijn, de zogenoemde crossings. De lijn dient enkel ter beoordeling van de richting van de langetermijntrend:

• Zolang de koers boven het stijgende 200-dagenlijn beweegt, is er een tendens tot stijgen.
• Indien de koers onder het 200-dagenlijn beweegt, is er een tendens tot dalen.

Hier is veel onderzoek naar gedaan.

Relatieve sterkte

Een andere indicator die wij graag gebruiken heeft de meeste toegevoegde waarde voor langetermijnbeleggers.

In de selectie van een aandelenportefeuille is het niet alleen van belang om aandelen te kiezen die in een stijgende trend zitten (dus boven hun stijgende 200-dagenlijn), maar ook om een selectie te maken van welke aandelen daarvan het beste presteren.

Hiervoor gebruiken wij de relatieve sterkte (niet te verwarren met de Relatieve Sterkte Index: RSI). Deze indicator vergelijkt het koersverloop van de onderliggende waarde met dat van de index waar het aandeel onder valt.

Door dit iedere dag te doen, ontstaat een lijn op de grafiek waaruit kan worden afgeleid of het aandeel inderdaad op langere termijn beter presteert dan de index zelf. In een portefeuille kunnen dan de aandelen worden opgenomen met de sterkst stijgende relatieve sterkte.

Let op de afwijkingen

In de grafiek hieronder van ASML is de relatieve sterkte-lijn de blauwe doorlopende lijn. Tijdens perioden van stijging is de relatieve sterkte opwaarts is gericht, tijdens correcties laat de relatieve sterkte een dalend koersverloop zien. Wij kijken vooral naar afwijkingen met het koersverloop.

Begin 2015 begon ASML te consolideren (binnen de rode cirkel), terwijl de relatieve sterkte-lijn al enige tijd verzwakte. Kort daarna zette ASML een daling in. Het tegenovergestelde zien we eind 2015.

Toen krulde de relatieve sterkte-lijn al omhoog, maar pas in mei van 2016 brak ASML boven de novembertop rond 90,25, pas daarna zette de forse stijging richting 125 in.

Wij geven de voorkeur om voornamelijk eerst het koersverloop zelf te analyseren en gebruiken de hierboven besproken indicatoren vervolgens slechts als aanvullend hulpmiddel. Uiteindelijk zal de koers zelf de richting moeten bepalen.

Deze bijdrage is geschreven door Wouter Slot, analist bij de Tostrams Groep.