De vastgoedcrisis raakt veel Limburgse gemeenten hard. Ze hebben in totaal ruim 220 miljoen euro verlies genomen op hun grondbezit, vooral in 2010 en 2011. Dat blijkt uit onderzoek van dagblad De Limburger.

Van de 33 Limburgse gemeenten dreigen er acht door het debacle onder curatele van de provincie te komen als zij niet bezuinigen, schrijft de krant. De gemeenten hebben onvoldoende geld in hun reservepotten. De Limburger verwijst onder meer naar een rapport van accountants- en advieskantoor Deloitte, dat voor het ministerie van Binnenlandse Zaken en de VNG landelijk onderzoek verrichtte naar de problematiek. ‘De provincie Limburg deelt de zorgen van Deloitte’, zegt een door de krant geciteerde woordvoerder. Hij weigert te zeggen welke acht gemeenten in de gevarenzone zitten. ‘Er wordt in stilte aan maatregelen gewerkt. Dat proces willen wij niet verstoren.’

Op basis van de cijfers over 2010 constateerde de provincie eerder dat Gennep en Sittard-Geleen te weinig reserves hebben om tegenvallers op te vangen. Zij moeten de miljoenen die zij verdienden met de verkoop van de Essent-aandelen gebruiken om het verlies op het grondbedrijf af te dekken. Venlo schreef dit jaar 16,7 miljoen af op grond. Volgens de richtlijnen van de eigen accountant moet dat eigenlijk 47 miljoen meer zijn, maar dat weigert de stad nog. Sittard-Geleen gaat volgens De Limburger zeer waarschijnlijk voor 46 miljoen euro het schip in; 38 miljoen daarvan komt uit de Essent-pot. De stad leed eerder ook al 20 miljoen verlies op het grondbedrijf. Maastricht moest vorig jaar 55 miljoen euro afboeken.