De Autoriteit Financiële Markten (AFM) heeft een boete opgelegd aan eigenaar H. Lont van Ontwikkeling Vastgoed Nederland (OVN). Deze onderneming bood in 2010 en 2011 aan consumenten percelen grond aan, waarbij werd gespeculeerd op een waardevermeerdering door een bestemmingswijziging.

Erg diep hoeft Lont van de AFM niet in de buidel te tasten: vanwege zijn slechte financiële omstandigheden is de boete verlaagd van 125.000 euro naar niet meer dan 500 euro.

Door te speculeren op een waardevermeerdering van de percelen grond, stelde OVN een rendement in het vooruitzicht. Het beheer van de grond werd uitgevoerd door een andere partij dan de belegger. In dat geval is sprake van het aanbieden van beleggingsobjecten. Volgens de Wet op het financieel toezicht (Wft) is daarvoor een vergunning verplicht.

Lont was enig bestuurder en aandeelhouder van OVN en was rechtstreeks bij de overtreding betrokken. Zo heeft hij in ieder geval 26 koopovereenkomsten met beleggers ondertekend, aldus de AFM.

Voor deze overtreding geldt een basisboete van 2 miljoen euro. Die kan worden verlaagd of verhoogd als de ernst of duur van de overtreding, of de mate waarin de overtreding aan iemand te verwijten valt (verwijtbaarheid), daartoe aanleiding geven. In dit geval zag de AFM aanleiding het basisbedrag te verhogen tot 2,5 miljoen euro op grond van verhoogde verwijtbaarheid.

Bij het vaststellen van de hoogte van de boete houdt de AFM echter ook rekening met de omvang van het eigen vermogen van de particulier. Op die wijze worden particulieren met een verschillend eigen vermogen bij dezelfde overtreding op een gelijkwaardige wijze getroffen in hun financiële positie. Gezien de omvang van het eigen vermogen van Lont, stelde de AFM de boete in beginsel vast op 125.000 euro. Vanwege zijn ‘beperkte financiële draagkracht’ verlaagde de AFM de boete echter naar 500 euro.