Beleggers zijn meer genegen om vastgoedfondsen die niet aan hun verwachtingen voldoen te liquideren. Voor bijna de helft van de niet-genoteerde fondsen die de komende twee jaar aflopen is nu al besloten deze ook daadwerkelijk te beëindigen. Een jaar geleden was dat 32%.

Dat blijkt uit de jaarlijkse INREV Fund Termination Study. INREV is de in Amsterdam gesitueerde Europese branchevereniging voor niet-beursgenoteerd vastgoed. De uitkomsten betekenen dat liquidatie in plaats van verlenging de belangrijkste methode is geworden voor beleggers om met vastgoedfondsen om te gaan die tegen hun einddatum lopen.

Het percentage van fondsen die worden verlengd, is teruggevallen van 54% vorig jaar naar 34% dit jaar. Van het vastgoed van de ‘verlengde’ fondsen ligt de helft in continentaal West-Europa. Het Verenigd Koninkrijk tekent voor 28%, terwijl 21% in Spanje en Portugal ligt. Volgens INREV duidt dit laatste erop dat beleggers vertrouwen hebben in het herstel van de Iberische markten. Een jaar geleden was Zuid-Europa nog goed voor 52% van de vastgoedbezittingen die geliquideerd zouden worden, nu is dat minder dan 30%.

Individuele fondsprestaties en algehele marktcondities wegen het zwaarst in het afwegingsproces. Fondsen die worden verlengd bieden een gemiddeld totaalrendement van 5,11% per jaar over een periode van 13 jaar gemeten. Bij fondsen die worden beëindigd bedraagt het gemiddelde jaarrendement slechts 0,57%. Op vijf jaarbasis gemeten zijn de verschillen nog veel extremer: respectievelijk 0,39% positief versus 9,62% negatief.

Komend jaar lopen 42 closed-end vastgoedfondsen af met een vastgoedportefeuille ter waarde van 17 miljard euro. Volgens INREV geeft dat ook wat ruimte op de markt nu er steeds meer vraag is bij beleggers naar vastgoed.

Bij het INREV Termination Survey 2014 waren in totaal 145 closed end fondsen betrokken met een portefeuille van in totaal 59,1 miljard euro. De oorspronkelijke einddatum van deze fondsen bevindt zich tussen 2009 en 2015.